Pieter Punter - Broodje Aap

26 juni 2013
Pieter Punter - Broodje Aap

Na het paardenvlees, rattenvlees en vossenvlees dacht ik dat het nu echt op was. Maar nu blijkt dat er in Nederland mensen zijn die een aap in de koelkast hebben liggen. Het broodje aap bestaat dus echt! Op
zichzelf is daar natuurlijk niks mis mee: een lammetje is net zo zielig als een aapje en we eten ook kwarteltjes, goudvissen, kat en hond (deze laatste twee niet in Nederland, wellicht…hoewel keer op keer blijkt hoe erg we ons hierin kunnen vergissen).

Toen we een jaar of tien geleden voor de eerste keer China bezochten, wilden we ons enigszins voorbereiden op de eetcultuur. In het meest authentiek Chinese restaurant van Amsterdam hebben we toen de engste gerechten genomen: gefrituurde darmen en eendenpootjes. Laatstgenoemde waren wel degelijk echte eendenpootjes: niet de dijtjes, maar de voetjes met die kleine nageltjes eraan. Je kon de teentjes afkluiven, maar het leek in de verste verte niet op spareribs. Eenden hebben ontzettend magere pootjes.

De gefrituurde darmen waren aanzienlijk minder herkenbaar en smaakten niet eens zo verkeerd; we hadden ze waarschijnlijk best lekker gevonden als we niet hadden geweten wat het was.

Op zulke momenten ontdek je opeens hoe vreselijk selectief we zijn in wat we eten. Van alles wat eetbaar is, gebruikt iedere cultuur slechts een heel klein gedeelte. En in de afgelopen 80 jaar is in Nederland dat kleine beetje zelfs nog veel kleiner geworden. Pens, uierboord, lever, milt, long, kippenmaagjes, bloedworst, zult en vele andere uitstekende producten worden niet of nauwelijks meer gegeten. Zelfs paardenvlees vinden veel mensen eng (tenminste, wanneer ze het weten, want in de gewone kroket en bitterbal zit al jaren paardenvlees). Hier geldt in zeer sterke mate: ‘Wat de boer niet ken dat eet hij niet.’ Maar ook: ‘Wat niet weet, wat niet deert.’ We zijn ontzettende softies wat voedsel betreft.

Maar het kan nog veel gekker. In Cambodja konden we gefrituurde tarantula of bosmieren krijgen. Ik wilde me niet laten kennen, maar de tarantula was echt een brug te ver. In Mexico heb ik de taco’s met levende kevers ook laten staan. Ik vind het slap van mezelf, maar veel verder dan bosmieren en sprinkhanen ben ik nog niet gekomen.

~Pieter Punter~

Overig nieuws