Horecaondernemers sturen open brief aan Utrechtse burgemeester

Auteur: Redactie
Corona 14 januari 2022
Horecaondernemers sturen open brief aan Utrechtse burgemeester

Beste Sharon,

Vandaag is opnieuw een dag dat er, vooruitlopend op de persconferentie van het Kabinet, allerhande ideetjes in de media worden ‘gelekt’. Los van de vraag of dit een chique manier van besturen is, lijkt het er nu op dat er vanaf zaterdag mag worden ‘gewinkeld op afspraak’ - maar dat de horeca dicht blijft.

Als horecaondernemers proberen we ons nu al ruim twee jaar staande te houden in een stortvloed aan steeds wisselende maatregelen. Het is hoog tijd voor een tussentijdse evaluatie.

De Coronapandemie is een collectief probleem. Sinds het ontstaan van de pandemie, is vooral het voorkomen van overbelasting van de zorg een noodzakelijk doel geweest. Zonder een inhoudelijk oordeel te vellen over de maatregelen en besluiten die gedurende de pandemie zijn genomen, constateren we dat we nu op een kantelpunt zijn aangekomen.

Het ontlasten van ‘de zorg’ is nog steeds van groot belang. Maar het voorkomen van grotere en wellicht onherstelbare schade aan de Utrechtse horeca, het Utrechtse MKB, de Utrechtse ZZP-ers en onze eigen bedrijven, vinden wij inmiddels van tenminste even groot belang. Het is een onontkoombaar feit dat de rek eruit is, financieel, emotioneel en steeds meer ook moreel.

Het is niet langer te verantwoorden dat lonen en salarissen van werknemers, ambtenaren, zorgpersoneel, docenten, professoren en uitkeringsgerechtigden gedurende de pandemie onverkort en volledig worden doorbetaald - hun spaartegoeden zijn gedurende de pandemie gestegen - terwijl ZZP-ers en ondernemers in het MKB hun buffers en pensioenvoorzieningen hebben opgebruikt om de gevolgen van de Corona-maatregelen voor hun ondernemingen te dekken – hun spaartegoeden zijn gedurende de pandemie verdampt. Daarnaast hebben ondernemers vaak een belastingschuld opgebouwd, die met rente moet worden afbetaald.

Natuurlijk heeft de Rijksoverheid via de NOW-regeling voorzien in een beperkte schadeloosstelling (maximaal 90%, maar meestal minder). Hiermee konden ondernemers een deel van de loonkosten van hun medewerkers betalen. Het resterende deel van de loonkosten betaalde de ondernemer zelf – en dat is lastig bij een decimering van de omzet. En het salaris van de ondernemers (de ondernemersbeloning) is sowieso in het geheel niet gedekt. Hetzelfde beeld is terug te zien bij de vaste kosten. De TVL komt hierin deels tegemoet, maar ook hier moet er geld van de ondernemer bij.

En jazeker, er bestaat zoiets als ondernemersrisico, óók tijdens een pandemie: er worden veel mensen ziek, dus het bezoek loopt terug, de vraag valt uit, mensen worden bang en houden de hand op de knip of er ontstaan productie- en bezettingsproblemen door zieke medewerkers. Dat begrijpen we als geen ander.

Overheidsingrijpen zoals dat nu tijdens deze pandemie gebeurt, valt uiteraard buiten dat ondernemersrisico: als de overheid winkels, horeca en cultuur simpelweg sluit, is dat geen ondernemersrisico, maar berokkent de overheid, ten behoeve van het collectief, schade aan een deel van de samenleving. Het ligt dan voor de hand om die schade te compenseren. Niet een deeltje van de schade, maar de gehele schade. En dat hoeft ‘de overheid’ niet te betalen, dat betalen we dan allemaal, uit algemene middelen. Net zoals we met z’n allen de zorg betalen. Zulke pijn moeten we eerlijk en dus gelijk verdelen.

Dat betekent dat iedereen (dus ook werknemers, ambtenaren, zorgpersoneel, docenten, professoren en uitkeringsgerechtigden) het een paar jaar lang met wat minder moeten doen.  Dus niet alleen ondernemers. Het kán niet de bedoeling zijn dat uitsluitend het niet-collectieve, ondernemende deel van onze economie de financiële gevolgen van de overheidsmaatregelen draagt. Dat strookt ook geheel niet met de boodschap van het Kabinet dat we dit ‘samen’ moeten oplossen.

Als de overheid besluit om de horeca dicht te houden, kunnen wij ons daar alleen aan houden als de overheid ons afdoende compenseert. Wij hebben daarom vandaag een aangetekende brief gestuurd aan onze premier. Daarin geven wij aan dat we bereid zijn op overheidsaanwijzing opnieuw te sluiten, maar uitsluitend en alleen als de volledige schade die ondernemers als gevolg van de lockdowns hebben geleden, wordt gecompenseerd. En dat daarnaast de uitgestelde belastingverplichting - voor zover die het gevolg is van de eerdere overheidsmaatregelen, gerekend vanaf het begin van de pandemie - wordt gehalveerd. Dit laatste suggereerde overigens ook uw collega burgermeester Ahmed Aboutaleb recent.

Beste Sharon,

Het is natuurlijk een nog iets genuanceerder verhaal dan dit. Wij realiseren ons terdege dat we dit collectieve probleem samen moeten oplossen. Maar we hopen dat we met deze uiteenzetting duidelijk maken dat voor ons het gevoel ‘dat we het samen doen’ inmiddels weg is. Utrechtse ondernemers zijn gewone mensen, met kinderen en met normale verplichtingen, naar hun gezinnen, naar de hypotheekverstrekker van hun huis. En zakelijk met de loyaliteit naar hun medewerkers. Het gaat hier niet om bestuurders of aandeelhouders van ‘too-big-to-fail’ multinationals of semi-overheidsbedrijven - wij hebben het hier over MKB-ers, eenmanszaken en ZZP-ers. De ‘overheidssteun’ voor deze ondernemers is niet ruimhartig: feitelijk is er géén ‘steun’ voor deze ondernemers. En daarbij, ‘steun’ is niet het woord dat wij zouden willen gebruiken, ‘schadevergoeding’ dekt de lading beter. Want schade wordt er geleden. En hoe: deze ondernemers die tot voor kort een normaal verdienmodel hadden, worden nu zo aangepakt zonder enige tegemoetkoming.

Het spaartegoedenvoorbeeld zegt het in twee zinnen:

      Nederlandse huishoudens: Recordhoeveelheid spaargeld erbij in coronajaar: 42 miljard euro (NOS.nl 1 januari 2021);

Nederlandse ondernemers: Gedupeerde ondernemers eten hun pensioen en spaargeld op (FD 11 januari 2022);

Onze bedrijven moeten open, anders hebben we straks geen bedrijven en geen medewerkers meer. Ons bedrijven kunnen open, op een verantwoorde manier, zoals we de afgelopen twee jaar al hebben aangetoond, door heel voorzichtig te zijn met onze medewerkers en gasten. En als toch de keuze wordt gemaakt om verplicht te sluiten, verwachten we een eerlijke en integrale compensatie van de schade voor alle ondernemers in onze stad. Dat is echte solidariteit. Wij menen te weten dat ook u daarvoor staat.

Wij hopen en verwachten dat u vrijdagmiddag het Kabinet deelgenoot wilt maken van onze zeer grote zorgen.

Met hartelijke groet,

De Utrechtse (horeca) ondernemers

Overig nieuws